Bij de zee staat een man met een schelp aan z'n oor,
hij luistert naar het eeuwig lied.
Achter z'n rug zingen de golven,
hij hoort ze niet.
Interlude
In de tuin zit een vrouw met een boek op haar schoot,
droomt zich een tijd zonder verdriet.
En om haar heen dansen er vlinders,
ze voelt ze niet.
Interlude
verse 3
In het huis in de tuin bij de zee speelt een kind,
het houdt van alles wat het ziet.
Het stuurt de golven en de vlinders
en twijfelt niet.
Outro