Tom:
Introdução: F C A# F F C A# C F C A# F A# C F
F C Dm
Ik heb de achterbank verwijderd uit mijn wagen,
A# F C
om een koelkast te vervoeren naar jou.
F C Dm
Waarom ik dat doe dat hoef jij niet te vragen,
A# C F
verse groenten liggen liever in de kou.
F C Dm
En dat is nodig want het zijn zo'n warme dagen,
A# F C
zonder verkoeling val je morgen misschien flauw.
F C Dm
Ik heb een stukje van de handrem moeten zagen,
A# C F
om die koelkast te vervoeren naar jou.
Dm A#
En dan leg ik in het vriesvak choco-ijsjes
F C
en een tropische drank uit Curaç ao.
Dm A#
En voor de rest blijven er enkel nog wat vijsjes,
F C
die ik graag een beetje vaster draaien wou.
F C Dm
Ik heb de achterbank verwijderd uit mijn wagen,
A# F C
om een koelkast te vervoeren naar jou.
F C Dm
Waarom ik dat doe dat hoef jij niet te vragen,
A# C F
verse groenten liggen liever in de kou.
F C Dm
En dat is nodig want het zijn zo'n warme dagen,
A# F C
zonder verkoeling val je morgen misschien flauw.
F C Dm
Ik heb een stukje van de handrem moeten zagen,
A# C F
om die koelkast te vervoeren naar jou.
Dm A#
Ik heb geen tijd om ook de rest nog aan te vullen,
F C
met confituur en kaas en met charcuterie.
Dm A#
Dankzij die koelkast en dat kan ik u onthullen,
F C
zit ik met een gat in mijn carrosserie.
C G
Aan dat karweitje had ik nooit mogen beginnen,
D G
je moest eens weten hoe ik zulke dingen haat.
C G
En trouwens, zeg mij eens, hoe doe ik je nu binnen,
A D
als er geen achterbank meer in mijn wagen staat.
G D Em
Ik heb de achterbank verwijderd uit mijn wagen,
C G D
om een koelkast te vervoeren naar jou.
G D Em
Waarom ik dat doe dat hoef jij niet te vragen,
C D G
verse groenten liggen liever in de kou.
G D Em
En dat is nodig want het zijn zo'n warme dagen,
C G D
zonder verkoeling val je morgen misschien flauw.
G D Em
Ik heb een stukje van de handrem moeten zagen,
C D G
om die koelkast te vervoeren naar jou.
C D G
Ja, om die koelkast te vervoeren naar jou.