Waar het lied der branding ruist bij dag en nacht,
waar 't vertrouwde huisje altijd op mij wacht;
waar de meeuwen schreeuwen, boven het golfgedruis,
daar ben ik gekomen, daar voel ik me thuis.
Waar de klokken luiden onder 't wakend kruis,
daar ben ik gekomen, daar voel ik me thuis.
Nooit vergeet ik waar eenmaal mijn wiegje stond,
denk ik nog wel eens aan mijn geboortegrond;
maar ik vond mijn vrienden hier waar het leven lacht,
waar mijn mama mia altijd op mij wacht.
'k Heb 't geluk gevonden in dit landje klein,
hier blijf ik nu wo-nen, ik wil hier altijd zijn.