Je gaf me een tekening
Ik schonk jou een lied
Als analfabeten
We verstonden elkaar eerst niet
Maar, maar niemand kon weten, niemand kon weten
Dat ik nog altijd, denk aan later
Hoewel dat later alsmaar dichter komt
Jij was een gok en ik was een gok
Het casino wat ons langzaam bijeen trok
Hou mij vast
Wie is die gast?
Breng me naar de plek
Waar ik van je ging houden
Als je niet meewilt ga ik alleen
We moesten, we zouden, we wilden, we trouwden
Daar waar de Schelde, niet meer ophoudt
Maar waar de hondjes alsmaar verder gaan
Jij was al een man, maar ik nog niet
En het water bracht ons dichter bij elkaar
Zie mij hier, mooie rivier
Al mijn dromen vallen in het water
Al mijn dromen zwemmen naar de zee
Zolang de Schelde in alle rust blijft stromen
Hoef ik niet met die grote massa mee
Alle dorpers dorpen maar voort
Alle dorpers dorpen maar voort
Alle dorpers dorpen maar voort
Alle dorpers dorpen maar voort
En zijn we elkaar kwijt
Nou dan is er geen later
Maar de Schelde is er altijd
Neem me mee naar het water, kom terug naar het water
Je moeder mag niet weten
Dat de zon niet altijd schijnen zal
Geef haar op en een kind of twee
En zeg haar dat we veilig staan aan wal
Hou mij vast, toe, hou mij vast
Interlude
Al mijn dromen vallen in het water
Al mijn dromen zwemmen naar de zee
Zolang de Schelde in alle rust blijft stromen
Hoef ik niet met die grote massa mee